Na 1650 begint de Jonaspijp sterk aan detail te verliezen. De pijpenkoppen in deze periode worden langgerekt dubbelconisch en verliezen de kracht van hun vorm. Dit zet door tot de opkomst van de trechtervormige pijpenkoppen. Het gezicht van Jonas verlengt mee met de pijpenkop. Gezichtskenmerken worden allemaal wat langer en slanker. De puntsik, die oorspronkelijk op de steelaanzet ligt, groeit mee de pijpenkop op. De aandacht voor detail verdwijnt en het thema blijft alleen nog door het voorkomen van identieke details herkenbaar. Na een hele tijd in het goedkoopste segment te zijn aangeboden, verdwijnt de Jonaspijp dan weer tussen 1700 en 1710. Nieuwe gezichtspijpen, geen Jonassen, die omstreeks 1700 ontstaan, hebben allemaal een beter gemodelleerde vorm en de aandacht voor details is terug.
Laat dubbelconische Jonaspijp uit de periode 1660-1675. Op de steel staan dubbele initialen, die net niet duidelijk zijn. Het lijkt te gaan om MP monogram en M.I. . De pijpenkop is gevonden in Gouda.
Laat dubbelconische pijp uit de periode 1660-1670. Op de zijden van de steel staat R.I. . De pijp sluit aan bij de serie hier direct onder. De kop is wat ouder en gerookt, maar relatief dichtbij de stort- en woonplaats van Reinier Janszoon Blom gevonden.
Trechtervormige Jonaspijpen uit de periode 1685-1700. Ze zijn afkomstig uit een stort van de Goudse pijpenmaker Reinier Janszoon Blom (Lit. 2). De initialen op de steel, vlak voor de walvisbek, zijn van zijn voornamen, R.I.
Nog net dubbelconische Jonaspijpen uit de periode 1675-1690. Het gezicht van Jonas, naar de roker toe, is lang en eenvoudig gegraveerd. De sik staat op het onderste deel van de kop, tegen de steel aan. De uitvoering heeft kleine oren en er is redelijk aandacht besteed aan de haren, die goed zichtbaar zijn en van de roker af in een nette halfronde vorm aflopen. Op de steel, voordat de walvisbek begint, zijn de in initialen D.I. geplaatst. De pijp is Gouds en de initialen kunnen van een voor en achternaam staan, maar net zo goed, zoals de pijp van Reinier Janszoon Blom, voor twee voornamen. Gevonden te Gouda.
Fragmenten van Jonaspijpen uit de periode 1675-1700, met op de steel de initialen M.M. In Gouda en bij Amsterdam gevonden.
Dubbelconische Jonas pijpenkop uit de periode 1650-1665, eenvoudig model. Gevonden te Aalsmeer.
Dubbelconische Jonas pijpenkop uit de periode 1655-1665. De bewerking is eenvoudig maar nog duidelijk. Gevonden te Gouda.
Jonaspijp uit Leiden. De pijpenkop is dubbelconisch, uit de periode 1670-1680. De bewerkingsgraad is summier. Alleen naar de roker toe is het stereotype Jonasgezicht gezet, met puntsnor en puntbaard. Het kan zijn dat er details uit de vorm zijn gesleten, maar dan nog is deze Jonas op een hele eigen manier vormgegeven.
Laat dubbelconische Jonaspijp uit Leiden uit de periode 1675-1685. De pijp is met verschillende thema's versierd. Naar de roker toe staat het Jonas-gezicht met puntsnor, maar met afwezigheid van de baard. Het gezicht staat hoog op de pijpenkop. Onder het gezicht en van de roker af staan lobvormige bladeren, met een diagonale arcering. In totaal gaat het om vier bladeren. Van de roker af loopt ook een bladvormige arcering langs de zijden van de persnaad. De hiel, zonder merk, is versierd met een cirkelvormige stippenrij langs de buitenrand. Tot slot staan er stippenrozen met kelkbladeren op de zijden, gemaakt uit vijf stippen en vier strepen. Boven de rozen staat een eenvoudige kroon. De onderzijde bestaat uit twee lijnen (vals perspectief) daarop staat een rij stippen met op de hoeken en in het midden een extra stip.
Laat dubbelconisch gevormde tot trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1670-1680, uit Gouda, gevonden in Gouda.
Laat dubbelconisch gevormde tot trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1670-1680, uit Gouda, gevonden in Gouda. Het gezicht staat relatief laag op de pijpenkop.
Trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1675-1695, uit Gouda.
Trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1675-1695, gevonden te Gouda.
Trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1675-1695, uit Gouda. Gevonden te Zevenhuizen.
Trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1690-1700, gevonden rond Zevenhuizen.
Trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1690-1700, uit Gouda.
Trechtervormige Jonas pijpenkop uit de periode 1690-1700, uit Gouda. Het lijkt te gaan om een sterk versleten variant van de pijpenkop erboven.
Fragmenten van verschillende Jonaspijpen uit de tweede helft van de 17e eeuw. De een na laatste scherf heeft een patroon als baardje, dat lijkt Leids. Het gezicht dat er op volgt is anders van vorm en structuur en is ook niet Gouds. De kop is in de omgeving van Waddinxveen opgeraapt.
Twee Jonaspijpen, de eerste uit de eerste helft en de tweede uit de tweede helft van de 17e eeuw. Op zichzelf zijn ze niet opvallend, maar de bewerking van de steel is vreemd. Achter de kop van de walvis lijken de stelen zich meer dan gemiddeld te versmallen. Bij de tweede pijp is dat het duidelijkst. Duidelijke bewerkingssporen zijn niet op het oppervlak zichtbaar, toch twijfel ik of de pijpen na een breuk in de steel niet gewoon zijn doorgebruikt, waarbij de steel wat puntvormig is geslepen.