De gietpijp, die standaard bestond uit een basis van gegoten klei en een in een tweede bakgang aangebrachte laag doorzichtig glazuur, leende zich prima voor het aanbrengen van plakplaatjes (transfers) onder de glazuurlaag. Er werd ook wel met glazuur geverfd, maar dat was tijdrovender en naast het eenvoudig aanbrengen had een transfer ook een modernere look. De gietpijpen werden gemaakt met een manchet voor een inzetsteel, of met een korte steel, als volledige pijp.
Manchetpijp met omhoogstekende steel. Op de pijp zit een vrijwel ronde transfer, met een polychrome afbeelding van een vrouwenhoofd. De stijl van haar haar, met een hoofdband of hoedje, doet twintiger jaren aan. Of de afgebeelde dame ergens bekend van is, dan wel gewoon dient als modieus plaatje is niet duidelijk.
Ook voor de stelen van deze categorie pijpen werden transfers gebruikt, zodat op moderne wijze kon worden getoond hoe het model werd genoemd en wie de fabrikant was. Zo is dit steelfragment gemerkt met 'HOLLANDIA'. Dit was de fabriek van Gerrit van der Want en George Barras, die samen de eerste gietpijpen in Nederland hebben geïntroduceerd.
Ook op deze steel zit een transfer met de tekst ZENITH, in Jugendsstil-stijl. Deze is van de latere fabriek Zenith, onder de leiding van Otto van der Want, een broer van Gerrit.